Onze huurders zijn de kracht van de wijk
Maak de buurt beter met de bewoners, dat is wat Havensteder doet in het Rotterdamse tuindorp Vreewijk. Paul Elleswijk, projectleider, zoekt bestaande verbanden in de wijk en koppelt mensen aan elkaar: ‘Onze huurders doen het uiteindelijk zelf.’
‘Ons motto is: thuis in de wijk. Door thuis te zijn in de wijk, is Havensteder onderdeel van de wijk. En wij bieden onze huurders een goed thuis in de wijk. Dat kan op veel manieren. Wij gaan uit van de kracht van de mensen zelf.
Het begon eigenlijk allemaal met klachten van bewoners over het groen. Dan gaat het altijd over de tuin van de buren. Ga je alleen af op die klachten, dan ben je een soort politieagent. Dat wilden we niet meer. Bovendien: een verwaarloosde tuin wijst vaak op andere problemen. Die moet je bespreekbaar maken.’
Mensen met elkaar verbinden
‘Vanuit mijn rol als projectleider ga ik de wijk in. Wat is er al aan bestaande verbanden, bijvoorbeeld een tuinen-keuringscommissie? Hoe kan ik die mensen verbinden aan andere mensen, die in een buurthuis of leeszaal samen komen en daar een belangrijke rol vervullen? In zo’n wijk zijn al ontzettend veel informele, positieve krachten aanwezig. Door deze groepen te organiseren en met elkaar in contact te brengen, ontstaat er meer samenhang in de wijk. Daarmee vergroot je de veerkracht. Mensen krijgen wat meer begrip voor elkaar. Als jij weet dat je buurman het moeilijk heeft, roept zijn verwaarloosde tuin waarschijnlijk wat minder irritatie op. Misschien ga je zelfs een beetje helpen die tuin op orde te brengen.’
Bewoners als constante factor
‘Als corporatie helpen we mensen op weg. Bijvoorbeeld (bijna) gratis een tuinbedrijf inschakelen voor mensen die weinig te besteden hebben en zelf hun tuin niet meer kunnen onderhouden. Maar ons belangrijkste doel is, dat mensen elkaar weten te vinden en als wijk min of meer onafhankelijk worden van instanties. Professionals bij woningcorporaties en instanties wisselen steeds, de bewoners blijven in de wijk. Zij zijn de constante factor en kunnen een wijk sterk houden. Vaak is het een klein deel van de mensen dat actief is, misschien 15%, maar dat maakt al het verschil. Als die mensen elkaar eenmaal hebben gevonden, kun je als corporatie een stapje opzij doen. Laat bewoners merken dat je hen serieus neemt en gelooft in hun eigenvermogen de boel goed te regelen. En spring bij, waar nodig.’